82. Anekdotes


Anekdotes en informatie familie van Dijk:
. Er kwamen zoveel familieleden uit Indië tijdens hun verlof logeren in het huis van Herman van Dijk aan het Wilhelminapark te Apeldoorn, dat de koetsiers meenden dat daar een pension was.
. In Suriname ontmoette Nan Robbie Simon (huidarts) die zij later in Ned. Indië weer ontmoette. Door haar huwelijk met Hans H.Jantzen werd Robbie haar aangetrouwde zwager. (Robbie trouwde met Jennie Julia Jantzen, zuster van H.H.Jantzen)
. Paatje, (Adriaan van Dijk) die in Sumatra toezicht hield op de wegenaanleg, liep het bos in om een stuk van een nieuwe weg te verkennen. Hij had helemaal niet in de gaten dat een grote tijger achter hem aansjokte. Zijn arbeiders zagen het beest en begonnen op stukken bamboe te slaan. De tijger keerde zich geërgerd om en stoof op de mannen af die snel in bomen klommen. Paatje keek om zich heen en vroeg zich af waarom men zoveel herrie maakte. Hij wandelde rustig door.
. Paatje wilde een middagdutje doen. Hij kroop in een kippenhok, zodat hij beschermd was tegen roofdieren. Toen hij wakker werd lag hij oog in oog met een gevaarlijke slang die met een zacht wiegende kop juist wilde toehappen. Paatje hield zich muisstil. Toen kwam er een luid kakelende kip door het hok hollen. De slang draaide zijn kop om en .. met een razendsnelle hap had hij de kip te pakken. Paatje was nog sneller dan de slang kon toeslaan, het hok uitgesprongen.
. Na een voorstelling in het Kurhaus in Scheveningen liepen Paatje en Maatje naar de tramhalte. Maatje nam, gezellig babbelend, haar man bij de arm. Maar .. enkele meters achter haar volgde met grote pret Paatje. Maatje had een vreemde heer aan de arm die zich het gebabbel liet welgevallen. Pas toen zij in de tram stapte merkte Maatje op dat zij met de verkeerde Paatje op stap was.
. In Soerabaja vond Maatje dat de melk steeds dunner leek. Eerst dacht ze dat ze zich vergiste, maar na enige tijd kwam ze erachter dat de Chinese melkman de melk meer en meer verdunde met water.
. Nan schaamde zich voor het lage loon van haar personeel. Op een dag besloot zij in plaats van één kwartje, twee kwartjes te betalen. Het gevolg van haar goede daad was dat ze de volgende dag zonder personeel zat. Men had immers voor die dag al het geld verdiend.

Anekdotes en informatie familie Lebret:
. Lebretweg, verwijst naar Oosterbeekse notabelen Prof. Jacobus Lebret (1819-1906) en zijn echtgenote Amelia Lebret-Caland (1830-1899).
. Lebretlaan in Dordrecht


Anekdotes en informatie familie Jantzen:
. Karl May was een buurman van de familie Jantzen in Radebeul. De beroemde schrijver van avontuurlijke boeken, had in zijn tuin een blokhut met daarin de "zilverbuks" van Winnetou. Hij liet zijn buurjongen H.M.B. Jantzen) zien hoe men grizzlyberen kan vangen. Karl May bouwde een stellage in zijn tuin die leek op een reusachtige staande schaar. Tussen de bladen had hij een deken gebonden. Men moest de beer opjagen zodat hij in de deken zou hollen en dan met een ruk aan een touw de schaar doen dichtklappen. Beer gevangen!

Anekdotes en informatie familie Cools:
. Geografische helden: Nogmaals prof.dr. R.H.A. Cools januari 2003. In het novembernummer van Geografie schreef Ben de Pater in Geografische Helden over prof.dr. R.H.A. Cools. Er had wel wat positiever over hem geoordeeld mogen worden.

. Derk Cools, bijvoorbeeld, zoon van een geografenechtpaar (mevrouw E. de Groot en prof. R.H.A. Cools, grondlegger van de sociale geografie aan de KUN) en student sociale geografie in de jaren 1958-1965:
De Vooys kwam in de jaren vijftig vaak bij ons thuis over de vloer. Ook daar al hoorde ik zijn schelle stem door de muren als hij opgewonden raakte. Merkwaardig genoeg konden hij en mijn vader – twee notoir lastige heerschappen, de onderzoeker en de schoolmeester – wel door één deur. Naar mijn idee vulden ook De Vooys en Van Paassen elkaar prachtig aan, iets wat beiden wellicht in hun persoonlijke strijd is ontgaan, maar de meeste studenten m.i. niet. Het microscopische grondwerk [van De Vooys] en het hoge trapezewerk [van Van Paassen], het messcherpe en het meeslepende. Ik heb van beider werk destijds zeer genoten, vaak met een glimlach. Misschien namen de hoofdrolspelers echter hun eigen gebreken te ernstig en vonden het niet geslaagd wanneer de tegenvoeter deze ostentatief uitvergrootte. Het gekissebis op het Instituut heeft mij het min of meer doen ontvluchten. Ik had meer belangstelling voor literatuur en werd (hoofd)redacteur van de Sol (Iustitiae) [de voorloper van het U-Blad]’. 1960

Geen opmerkingen: